Anne-Jet verleent kraamzorg aan Oekraïense vluchtelingen
Een voormalig kantoor van Betap aan de Biezenstraat in Genemuiden. Dat was vorige week de werkplek van kraamverzorgende Anne-Jet Harms. In het pand, dat is omgebouwd tot opvanglocatie voor vluchtelingen, verleende ze vijf dagen kraamzorg aan de Oekraïense Katharyna en haar pasgeboren zoontje Andrey.
Lang hoefde Anne-Jet niet na te denken toen ze door haar leidinggevende werd gevraagd voor deze bijzondere kraamklus. “We zijn in Genemuiden heel actief als het gaat om de opvang van Oekraïense vluchtelingen en het inzamelen van (hulp)goederen.
Ook mijn moeder is er druk mee. Samen met een heel team vrijwilligers zamelt ze kleding in en zorgt ze voor de inrichting van opvangplekken. Dus ik kreeg thuis al het een en ander mee. Als je dan zelf op deze manier je steentje kunt bijdragen, door te zorgen voor een zo goed mogelijke start voor moeder en kind, is dat enorm waardevol.”
Bijzondere kraamweek
Voor de kraamverzorgende was het een bijzondere kraamweek. In de eerste plaats vanwege de ongebruikelijke locatie, maar ook door de communicatie en omdat men in Oekraïne het begrip ‘kraamzorg’ niet kent. “Dat was soms best even omschakelen.
Af en toe leek het wel of de kraamvrouw, die samen met haar pasgeboren zoontje, vierjarige dochtertje, ouders en schoonzus in het omgebouwde kantoorpand verblijft, voor mij wilde zorgen. In gebrekkig Engels en met behulp van de app SayHi Translate probeerde ik dan duidelijk te maken dat dat niet nodig was”, vertelt Anne-Jet lachend.
Van betekenis zijn
Op de vraag of ze bij een eventueel volgend telefoontje van haar leidinggevende weer klaar staat om kraamzorg te verlenen aan een vluchtelingengezin, is de Genemuidense duidelijk: “Jazeker! Ik vind het mooi om iets te kunnen betekenen voor anderen, juist in een schrijnende situatie als deze.
Dat is ook waar RST Zorgverleners voor staat. We zijn er voor iedereen die een beroep op ons doet. De dankbaarheid die je daarvoor van mensen terugkrijgt, geeft mij veel voldoening en nieuwe energie.”